Vliegen was voor hem als vijfjarig jongetje geen vreemde ervaring. Al vanaf zijn geboorte vloog hij met zijn moeder vanuit de Verenigde Staten naar familie en kennissen in Aruba en Curaçao. Toch betekenden deze vluchten niet het begin van Cliff Muskiets (geb. 1965), purser bij de KLM, liefde voor de luchtvaart. Die werd ontketend door een teleurstellende reis met het vliegtuig van New York naar Nederland in 1970.
Teleurstelling werd nieuwsgierigheid. Doordat hij de hele vlucht grotendeels slapend had doorgebracht, en dus nauwelijks had meegemaakt, werd zijn interesse voor vliegen aangewakkerd. Plaatjes, geknipt uit brochures, waren het begin van een verzameling. Alles wat maar met vliegtuigen te maken had bracht Cliff mee naar huis. Van suikerzakjes en servetten tot bouwpakketten. Plakboeken vol met stickers en knipsels werden later de muren van zijn slaapkamer. Er was geen criterium dat zijn verzameling tegenhield met groeien en daardoor ook geen bepaalde richting op deed gaan. Wanneer hij als vijftien jarige zijn eerste stewardessenpakje krijgt komt hier verandering in. Zijn moeder heeft het KLM uniform, dat uit 1971-1975 dateert, gekregen van een collega die stand-by stewardess was en het niet meer gebruikte.
Het krijgen van het pakje was ‘zo cool’ dat hij brieven naar luchtvaartmaatschappijen ging schrijven. Twee jaar later veranderden Martinair en Transavia van uniform. Van beide kreeg Cliff er een. Kort daarna volgde British Airways, waardoor hij in vijf jaar tijd al vier uniformen had verzameld. Allemaal door het versturen van brieven. Bij de C&A kocht hij voor weinig geld een etalagepop. Afwisselend stonden de verschillende stewardessenpakjes in zijn kamer de show te stelen.
Cliffs interesse voor de luchtvaart uit zich niet alleen in het verzamelen. In 1980 begint hij met het schoonmaken van vliegtuigen in de zomer. De cabine met alle stoelen vond hij het leukst; de cockpit was niet interessant. Logischerwijs solliciteert hij, zodra het kan, als eenentwintig jarige naar de functie van steward. Voor zijn verzameling heeft dit gevolgen. Die groeit snel. Wanneer zijn collega’s op het strand liggen of de stad van de desbetreffende vlieglocatie aan het verkennen zijn, is Cliff op pad om een nieuwe aanvulling te regelen. In het begin werd hij verrast in hoe gemakkelijk dat ging. Een uniform uit Ghana kreeg hij zo van de luchthaven mee. Cliff ging hierdoor nog actiever brieven schrijven, want er was nog (steeds) geen internet, langs luchthavens en sprak bemanningsleden aan.
Door het groeiend aantal uniformen neemt ook de aandacht voor zijn verzameling toe. Naast interviews met de pers krijgt Cliff ook geregeld vragen van mensen die specifiek in een stuk geïnteresseerd zijn, bijvoorbeeld vanwege de stof. In enkele gevallen maakt hij een uitzondering en kan diegene het uniform komen bekijken. Meestal verwijst hij ze door naar zijn website, waarop de gehele verzameling nauwkeurig wordt bijgehouden. Per maatschappij zijn de uniformen uit verschillende perioden gedocumenteerd. Nieuwe aanwinsten worden zo snel mogelijk gefotografeerd en online gedeeld. Inmiddels staat de teller op 1300 verschillende pakjes van 483 luchtvaartmaatschappijen.
Alle uniformen zijn welkom, zolang ze maar in het vliegtuig gedragen zijn. De pakjes van eind jaren zestig en begin jaren zeventig vindt Cliff het leukst. Er waren geen strenge regels, waardoor stewardessen in hotpants, prints en puntkragen rondliepen. Daarna nam de uitbundigheid van de uniformen af. Het zakelijke donkerblauwe exemplaar is na de aanslagen van 11 september jammer genoeg niet meer weg te denken uit de luchtvaart. Wordt er bij het saaie donkerblauwe pakje een hoedje of shawltje gedragen, dan krijgt het toch een favorieten plek. Cliff is er gek op; ze maken het plaatje af.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie