Americana III: De kracht van herhaling – Pattern & Decoration in Amerikaanse kunst

 
Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
17 januari 2020
Literary and Cultural Analysis (UvA)

De mooiste patronen uit de Amerikaanse kunst worden nu tentoongesteld in het Geffen Contemporary (MOCA Museum), hét museum voor moderne kunst in Los Angeles.

Van borduurwerk tot bijzondere weeftechnieken en van tot stof bewerkt papier tot geverfd textiel. De tentoonstelling is een mix van kelims, meubels, sculpturen, schilderijen, collages, keramiek en installatiekunst. Ook worden naast de kunstwerken op kleine schermen de maakprocessen van de stoffen getoond. Ik vond het heel mooi, leerzaam en inspirerend om zoveel fantasie te zien. En om te zien op hoeveel manieren je met stof kunt werken. De mogelijkheden zijn oneindig.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 2 - MOCA Museum of Contemporary Art, MOCA, 2019. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Pattern & Decoration 1972-1985

P&D (een afkorting voor patronen en decoratie) was een Amerikaanse kunstbeweging vanaf de jaren 70 tot begin jaren 80. De stroming werd vroeger beschouwd als een inferieure kunstvorm, ondergeschikt aan de beeldende kunsten en een simpele afgeleide van minimalistische en conceptuele kunst [1]. Appropriatie speelt hierin een grote rol. Veel kunstcritici vonden dat de kunstenaars zich hun patronen, motieven, kleurenschema’s en materialen simpelweg hadden toegeëigend en gekopieerd van bestaande decoratieve kunst uit de hele wereld (zoals behang, borduurwerk, Amerikaanse quilts en Perzische tapijten) [1]. In retrospectief werd de beweging erkend en telde P&D vanaf de jaren 80 mee in de kunstwereld.

Volgens het MOCA museum is de tentoonstelling With Pleasure: Pattern and Decoration in American Art 1972–1985 de eerste grote expositie die deze grensverleggende Amerikaanse kunstbeweging in zijn volledigheid laat zien [1]. Ongeveer vijftig kunstenaars uit het hele land zijn vertegenwoordigd en samen geven ze een nieuw en vooruitstrevend beeld van deze traditionele kunstvorm die beschouwd werd als vrouwelijk, huiselijk, sierlijk en ambachtelijk. Sommige stoffen hebben een maatschappelijke functie of boodschap, dit zien we in de filosofie achter het werk van Howardena Pindell.

Er is zoveel te zien en er is zo’n variatie aan motieven dat je fantasie op hol slaat tijdens het bezoek aan deze tentoonstelling. Ik heb vijf, naar mijn mening, mooiste en meest bijzondere werken verzameld om te laten zien. De tentoonstelling is nog tot en met 11 mei 2020 te bezoeken.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 3 — Howardena Pindell, Carnival at Ostende, 1977, Garth Greenan Gallery, New York, MOCA Museum of Contemporary Art. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Howardena Pindell — Carnival at Ostende (1977)

Howardena Pindell is een Amerikaanse schilderes en behoort tot één van de meest beroemde P&D artiesten. In de jaren 70 reisde Pindell veel in Oost- en West-Afrika en het traditionele Afrikaanse textiel dat ze daar zag beïnvloedde de quiltpatronen van haar werk Carnival at Ostende. Het werk is samengesteld uit aan elkaar genaaide stroken canvas. Deze techniek van uitgeknipte stof, die vervolgens met draad aan elkaar gehecht werden, komt vaak in haar werk terug [2].

Carnival at Ostende is een betoverend kleurig werk met veel diepte dat hypnotiserend werkt op de beschouwer. Ze maakt een landschap van canvas, een klein universum om jezelf in te verliezen. De eerste generaties P&D kunstenaars probeerden het medium terug te brengen naar zijn meest oorspronkelijke staat [1]. Maar het werk van Pindell bevat als tegenreactie juist veel glitter, draad, pailletten en duizenden papieren stippen gemaakt met een perforator [2].

Het onofficiële P&D motto is ‘more is more’ en het werk van Pindell belichaamt dit gevoel met name door haar materiaalkeuze en verwijzingen naar oude textiel- en weeftechnieken en tradities zoals de levendige motieven van Kente doeken en quilts. ‘More is more’ verwijst in de werken van Pindell ook naar de sociale inclusiviteit van vrouwelijke en Afro-Amerikaanse kunstenaars. Historisch en maatschappelijk werden zij uitgesloten en gemarginaliseerd in de beeldende kunst, hier ageerde Pindell tegen [1].

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 4 — Joyce Kozloff, Tut’s Wallpaper, Untitled Silk & Pilaster No. 4003, 1979 - 1978, The Metropolitan Museum of Art, The Fabric Workshop and Museum en Mint Museum, MOCA Museum of Contemporary Art. Bron: MOCA Museum of Contemporary Art.

Joyce Kozloff — Tut’s Wallpaper (1979), Untitled Silk (1978) & Pilaster No. 4003 (1979)

De stoffen en pilasters in Joyce Kozloffs installatie An Interior Decorated bestaan uit een oogverblindende reeks patronen en texturen. De Amerikaanse kunstenares was altijd al geïntrigeerd door wiskundige herhalingen in patronen [3] en gebruikte voor dit werk zijden stoffen met patronen afkomstig uit de oude Egyptische, Indiaanse en Islamitische cultuur. Alle stoffen zijn gezeefdrukt met iriserende inkt. Een veelkleurig mozaïek vormt het middelpunt, omlijst met kolommen van ster- en zeshoekige keramische tegels.

An Interior Decorated was Kosloffs antwoord op de kritiek dat haar eerdere patroon-schilderijen, zoals Striped Cathedral (1977), door haar waren gekopieerd uit bestaande decoratieve kunst. Toen de installatie voltooid was, verliet ze daarom de P&D beweging [1]. Kozloffs werk is één van de grootste installaties van de tentoonstelling. Wanneer je de ruimte betreedt waan je je in een kleine moskee of bedoeïenentent, je bent weg uit het museum. De kunst van Kozloff heeft iets escapistisch, je vergeet even waar je bent.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 5 — Diane Itter, Southern Borders, 1982, Museum of Arts and Design, New York. Gift van Nancy en Richard Bloch, MOCA Museum of Contemporary Art. Bron: MOCA Museum of Contemporary Art.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 6 — Diane Itter, Evolutionary Phases, 1979, The Metropolitan Museum of Art. Gift van Barbara S. Rosenthal and Kenneth W. Juster, MOCA Museum of Contemporary Art. Bron: MOCA Museum of Contemporary Art.

Diane Itter — Evolutionary Phases & Southern Borders (1979 en 1982)

Diane Itter, een Amerikaanse vezel- en textielkunstenares zag haar geschubde en levendig getinte handgeweven linnen werken als schilderijen. Itter bracht de vezel-kunst in de jaren ‘70 naar een ongekende, bijna monumentale hoogte door het gebruik van haar fel gekleurde natuurlijke vezels en ongelijk gebonden knopen [4]. Itters werk is handgevlochten en haar technieken zijn zeer minutieus, geoefend en ongeëvenaard. Je blijft naar haar werk kijken en het lijkt bijna onmogelijk om dit met de hand te maken, toch is het zo.

Ze gebruikt ingewikkelde dubbele halve knopen met kleurrijk geverfde ultrafijne draden. Haar weefsels nemen de vorm aan van rasters waaraan lange franjes hangen of zich ontvouwen. Itter baseerde de abstracte patronen van haar werk op traditionele motieven, waaronder de banden op West-Afrikaanse Kente stof en de driehoekige vorm van chevrons uit Amish en Indiaanse culturen. De vormen van het strak geknoopte paneel zijn ook gebaseerd op pre-Colombiaanse Andes-tunieken en Japanse kimono's [1].

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 7 — Neda Alhilali, Pearly Gates, 1977-1981, eigendom van de kunstenares, MOCA Museum of Contemporary Art. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 8 — Pearly Gates detailopname.

Neda Alhilali — Pearly Gates (1977-1981)

De Amerikaanse textielkunstenares Neda Alhilali komt oorspronkelijk uit Tsjecho-Slowakije. In de jaren ‘60 begon ze te experimenteren met vezel- en draadstructuren en weefmethoden zonder weefgetouw [5]. Ze vlocht, borduurde, luste en knoopte alles, van ragfijn zijdeachtig naaigaren tot nautisch touw. Alhilali's interesse in het textielmedium vloeide voort uit onze dagelijkse omgang met stof en het feit dat de levenscyclus van vezels, net zoals die van de mens, relatief kort is [6]. In het midden van de jaren zeventig breidde ze haar methoden uit naar papier, een materiaal dat nog vergankelijker is dan vezels. Dit resulteerde in werken zoals Pearly Gates.

Om deze werken te maken gebruikte ze een speciaal soort papier, bijna zo dik als karton, met meer vezels. Alhilali maakte deze stukken papier eerst nat, waardoor er een textiel-achtig materiaal ontstond. De stroken werden daarna gevlochten, gebreid en gewoven. Als laatste rolde ze het textiel door een etspers en schilderde de oppervlakken in lichte kruisarceringen [6]. In Pearly Gates dient het papier niet alleen als basis voor het oppervlak, de structuur en het patroon maar ook als de vorm en inhoud van het werk. Het papier vormt de ziel van Pearly Gates.

Je zou uren kunnen ronddwalen door de zalen van de tentoonstelling, in elke ruimte was een kakofonie aan kleuren, patronen en de mooiste materialen. Het liefst zou ik alle textielkunstenaars de aandacht geven in deze blogpost, dat verdienen ze stuk voor stuk. In het onderstaande volgt daarom nog een aantal afbeeldingen van werken die niet mogen ontbreken omdat ik ze niet meer kan vergeten.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 9 — Billie Al Bengston, Zostera Draculas I-IV, 1975, Various Small Fires, Los Angeles, Seoul, MOCA Museum of Contemporary Art. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 10 — Franklin Williams, Four Made My World, 1972, Parker Gallery, Los Angeles, MOCA Museum of Contemporary Art. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Pattern and Decoration, Americana, Art, 1972-1985, MOCA Museum, Los Angeles
Afbeelding 11 — Al Loving, Untitled, 1975, collectie van Beth Rudin DeWoody, MOCA Museum of Contemporary Art. Fotograaf: Nina Groeskamp.

Noten

Aanbevolen literatuur

  • Catalogus tentoonstelling, Katz, Anna, and Elissa Auther. With Pleasure: Pattern and Decoration in American Art, 1972-1985. Yale University Press, 2019.

Media

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie