De nieuwste aanwinst van de kostuumcollectie van het Rijksmuseum is een japon uit de late jaren 1920. Het is een typische feestjapon bezet met glazen kralen. Dit soort japonnen zijn gewilde verzamelobjecten. Deze blog gaat in op een aantal aspecten die de jurk interessant maken.
Omdat de dunne zijde waarvan dit soort avondjaponnen meestal werd gemaakt bezwijkt onder het gewicht van de kralen, zijn ze vaak in slechte staat. Dit exemplaar is echter gemaakt van katoen en daardoor nog heel stevig, ondanks dat de héle jurk, voor en achter, is bezet met zware glazen kralen. Deels in een motief in afstekende kleur en de rest in dezelfde kleuren als de stof. De combinatie van een lijf en rok van contrasterende kleuren komt veel voor in de tweede helft van de jaren 1920 en benadrukt de verlaagde taillelijn. De rechte lijn wordt echter onderbroken door de motieven in het borduurpatroon. Zo worden op subtiele wijze tóch de natuurlijke vormen van een vrouwenlichaam benadrukt.
Het model en de versiering dateren de jurk rond 1927-1928. Opvallend is dat het lijfje al wat nauwer om het lichaam sluit dan in de mode was de jaren ervoor. Toen de natuurlijke taille vanaf ca. 1922 geheel verdween werd het lijf van een japon vaak geheel recht of zelfs bloezend gesneden. Tegen het einde van de jaren 1920 begonnen de jurken iets meer aan te sluiten, hoewel het middel nog niet werd benadrukt. Rokken werden niet meer kokervormig maar klokkend van vorm, waardoor men er makkelijker in kon dansen. Zo ook hier: hoewel de rok van de japon door de kralen sluik valt, loopt hij wijd uit. Op de heupen meet hij 85 cm en bij de zoom 2.45 m in omtrek.
Het model sluit naadloos aan bij de mode van die tijd. Een pagina uit het Nederlandse tijdschrift ‘De Gracieuse’ kopt in 1928: ‘De avondjapon bestaat thans uit een aansluitend lijfje en een langen rok’. Die ‘langen’ rok moet niet te letterlijk worden opgevat: de rokken waren in 1926 op hun kortst en werden daarna langzaam aan weer wat langer. Pas aan het eind van 1929 zouden ze weer écht lang worden.
Een belangrijk criterium bij de kostuumverzameling van het Rijksmuseum is een Nederlandse connectie. Dit betekent niet dat een kostuum in Nederland moet zijn gemaakt maar dat het op zijn minst moet zijn gedragen door een Nederlander of in Nederland. Het is één van de redenen dat veel kostuums uit privébezit komen: hierbij is de herkomst vaak bekend. Deze japon is gedragen door Maria Sophia Jacobs (geb. 1903), de moeder van de schenkster. Maria werkte voor haar huwelijk in 1931, had een druk sociaal leven en speelde op nationaal niveau korfbal. Het is niet zeker waar ze de japon heeft gekocht maar het ingenaaide label ‘Made in France’ doet vermoeden dat het hier om een Frans exportproduct gaat. Gezien de goede kwaliteit is de japon mogelijk in één van de duurdere Nederlandse modehuizen, zoals Hirsch, verkocht.
Waar de japon ook is aangeschaft, het is een mooi voorbeeld van een dansjurk uit de tweede helft van de jaren 1920, mét Nederlandse herkomst. Na bijna 90 jaar doet het korte model nog verassend modern aan. Zeker gezien het feit dat er de laatste jaren regelmatig op de jaren 1920 geïnspireerde jurken op de catwalk verschijnen.
Met dank aan Hans van Emmerik
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie