De hulk: innovatie in de Spakenburgse streekdracht

Hoewel streekdrachten zeker met veranderende modes meegaan, is het toch de traditie waar het 't meest om bekend staat. In Bunschoten-Spakenburg dragen zo’n 135 vrouwen dagelijks streekdracht. Het meest kenmerkende onderdeel van de Spakenburgse streekdracht is de kraplap: de zwaar gesteven schouderbedekking die in de afgelopen honderd jaar uitgroeide tot een waar pronkstuk.

Fiberfill en rits

Sinds halverwege de jaren negentig is aan de dracht een nieuw onderdeel toegevoegd: een groot jak, of hulk, die buiten over het grote schouderstuk wordt gedragen. Omdat er veel ruimte rond de schouders zit, past het groot jak over iedere kraplap.

In de tentoonstelling Modemuze@OBA is een mannequin gekleed in Spakenburgse streekdracht, mét een grootjak aan (1995). Het jak is gevoerd met een synthetisch materiaal, fiberfill, en sluit met een rits. Zowel de rits als de fiberfill worden oorspronkelijk niet in de streekdracht gebruikt, maar hebben in het groot jak hun toepassing gevonden.
 

Nieuwe materialen in de streekdracht

Streekdrachten staan bekend om hun eervolle traditie, maar: mode heeft wel degelijk invloed op streekdrachten, bijvoorbeeld wanneer het handige nieuwe materialen betreft. Zo bleven werkschorten van terlenka, gedragen in Rouveen en Staphorst, gemakkelijk in de plooi. Óók na het wassen.
 

Modemuze@OBA: Innovation

Van 18 mei tot en met 2 september is de Spakenburgse dracht, mét groot jak, te zien in de tentoonstelling Modemuze@OBA: Innovation. Voor de tentoonstelling selecteerden 15 musea en 4 verzamelaars innovaties uit de modegeschiedenis.

Klik hier voor alle verhalen over innovatie uit de tentoonstelling, of bekijk de aankomende Meet Ups en Masterclasses in de agenda.

Meer over streedracht en inspiratie

Jacco Hooikammer, 'Alles wat van ver komt' op Modemuze.

Julia Dijkstra, 'Mysterieus motief: sits en de West-Indische Compagnie' op Modemuze.

Eline Hoetmer, 'Klompen met killer heels' op Modemuze.