Speldenkussen van blauwe damast, gevat in een opengewerkte rand van tweede gehalte zilver. Het kussen is gedragen door een vrouw uit Hindeloopen, als onderdeel van een prak of chatelaine. De...
Speldenkussen van blauwe damast, gevat in een opengewerkte rand van tweede gehalte zilver. Het kussen is gedragen door een vrouw uit Hindeloopen, als onderdeel van een prak of chatelaine. De jaarletter is van 1818. Het meesterteken is mogelijk van G. Wouda uit Drachten, werkzaam van ongeveer 1812 tot 1835.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie