Het hoofdmotief op deze litho laat zien hoe Scheveningse visverkoopsters omstreeks 1850 gekleed waren. Zij dragen de vissersdracht. Bijzonder is hier dat Valentijn Bing en Jan Braet von Ueberfeldt...
Het hoofdmotief op deze litho laat zien hoe Scheveningse visverkoopsters omstreeks 1850 gekleed waren. Zij dragen de vissersdracht. Bijzonder is hier dat Valentijn Bing en Jan Braet von Ueberfeldt de vismand op de hoed laten zien. Het lijkt onwaarschijnlijk dat de mand op deze manier zou blijven staan. Andere afbeeldingen laten zien dat op de hoed eerst een stijf opgevulde 'krans' van textiel werd gelegd. Daarop kon de mand stevig neergezet worden. Dergelijke wrongen of kransen bevinden zich in de collectie van het Nederlands Openluchtmuseum. Linksboven is een vrouw weergegeven die niet tot de vissersbevolking hoort, maar tot de zogenaamde burgerij. Haar oorijzer is helemaal van goud en de vorm van de uiteinden of 'boeken' is ovaal. Plaat XLII van: Nederlandsche kleederdragten, naar de natuur geteekend = costumes des Pays-Bas, dessinés d'après nature / door Valentijn Bing en [Jan] Braet von Ueberfeldt. - Amsterdam : [s.n.], 1857.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie