Rug- of schouderdoek

 

van katoen, rood geverfd, met figuren in rood, groen, wit, geel en zwart. De lap is ongeveer vierkant, aan de hoeken en in het midden van de randen met lange bundeltjes katoenkoordjes versierd....

Doorzoek de website met tags
Objectnummer
RV-1817-40
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
1912 (voor)
Herkomst
Suriname

van katoen, rood geverfd, met figuren in rood, groen, wit, geel en zwart. De lap is ongeveer vierkant, aan de hoeken en in het midden van de randen met lange bundeltjes katoenkoordjes versierd. Gedragen bij feestelijke gelegenheden, over de diagonaal in tweeen gevouwen. Ook wel om het middel gedragen. De grens tussen kleding en lichaamsversiering is niet duidelijk te trekken. Kinderen lopen geheel naakt en het eerste wat men ze aan doet is een halssnoer. Vanaf 8 à 10 jaar worden de schaamdelen bedekt. De jongens krijgen een kamisa, een lap die tussen de benen wordt gehaald en met een koordje of gordel om het middel wordt vastgehouden. De meisjes krijgen een schortje van katoen, zaden of kralen.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie