Riem

Geborduurde riem, wol op stramien. De riem wordt vastgemaakt met een metalen gesp. Aan de binnenzijde is de riem gevoerd met een dubbele lap beige linnen en bovendien een lapje blauw linnen. Aan de voorzijde, aan beide zijden van de sluiting, is de dubbele voering opgengelaten waardoor de riem twee binnenzakjes heeft. Het geborduurde stramien is met een naaimachine stiksteek aan de voering vastgenaaid. De volgende kleuren wol zijn in het borduurwerk gebruikt: zwart, rood, groen, geel en roze. Voor de ondergrond is zwart gebruikt. De randen bestaan uit groene driehoekjes en daarin vallen rode driehoekjes. De riem is links en rechts van de middenachterlijn symetrisch geborduurd. Middenachter is een ruitvormig figuur geborduurd, in de kleuren geel, rood, groen en roze. Aan weerszijden daarvan een groot ovaalvormig blad. Daarnaast een bloem in de kleuren groen, rood, geel en roze. Vervolgens een vogel met gele poten en een gele snavel. Aan de andere zijde van de vogel een- zelfde bloem als laatst genoemd. Dan volgt een ander model bloem in de kleuren, groen, roze en rood. De bloemen zijn door middel van groene takjes met elkaar verbonden. Voor de bevestiging van de gesp is er een omslag gemaakt waarop een derde model bloem is geborduurd in de kleuren geel, rood en roze en met groene takjes. De sabok wordt gebruikt om de sarong of de komprang (wijde broek) om het middel te binden.