Jurk (deel van ensemble)

 

De A-lijn jurk is wat betreft vorm en silhouet conform de westerse mode van de jaren zestig. Het gebruikte materiaal is zijde, veel gebruikt in Japan. De rug is voorzien van twee ruitvormige...

Maker
Ontwerper: Hanae Mori (Yoshika 1926)
Objectnummer
7002-1b
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
laat 20de eeuw
Herkomst
U.S.A.

De A-lijn jurk is wat betreft vorm en silhouet conform de westerse mode van de jaren zestig. Het gebruikte materiaal is zijde, veel gebruikt in Japan. De rug is voorzien van twee ruitvormige openingen, afgezet met kralen. Hanae Mori is één van de belangrijkste Japanse modeontwerpers van de 20ste eeuw. Ze was de eerste Aziatische couturier die werd toegelaten tot het prestigieuze La Chambre Syndicale de la Couture Parisienne (1977). Haar ontwerpen zijn in vele museumcollecties te vinden, onder meer in Metropolitan Museum, Museum at Fashion Institute of Technology (New York), Modemuseum Hasselt, Iwami Art Museum (Japan), Museo del Traje (Madrid). Haar werk is bekroond met prijzen als de Neiman Marcus Award (VS), Asahi Prize (Japan), Medal of Honor with Purple Ribbon (Japan), Order of Culture Award (Japan) en Chevalier de la Légion d’Honneur (Frankrijk). Vanwege de datering, laat jaren zestig vorige eeuw, kan deze kleding niet beschouwd worden als haute couture: Hanae Mori was nog geen lid van La Chambre. Derhalve is dit ensemble prêt-a-porter, ook omdat er een label van het grote New Yorkse warenhuis Bergdorf Goodman in de jas staat. Mogelijk is de jurk later wel op maat gemaakt, maar het is prêt-a-porter. Hanae Mori is bekend om de bijzondere wijze waarop ze Japanse en westerse dessins, technieken en materialen combineerde tot unieke ontwerpen. Haar oeuvre getuigt van een sterke vernieuwingsdrang, buitengewoon vakmanschap en de moed grenzen te overstijgen, zowel op cultureel, geografisch als disciplinair gebied. Hanae Mori opende haar eerste atelier in 1951 in Tokyo, van waaruit ze een succesvolle carrière begon als kostuumontwerper voor films. Ze creëerde kostuums voor meer dan 500 films, haar opdrachtgevers waren de belangrijkste Japanse cineasten van die tijd, zoals Yasujiro Ozu, Kurosawa en Kozaburo Yoshimura. Tijdens deze periode als kostuumontwerper ontwikkelde ze een scherp gevoel voor kleur, materiaal en het dramatische effect van kledingontwerp. Haar interesse in westerse mode werd aangewakkerd door haar Amerikaanse clientèle. Voor deze vrouwen moest kleding zowel draagbaar als een krachtig visueel statement zijn.Tijdens een reis naar Parijs in 1961 bezocht Mori de grote Franse modehuizen zoals Dior, Cardin en Givenchy. Het meest onder de indruk was ze van Chanel, die met haar haute couture een sterk, onafhankelijk vrouwbeeld neerzette en Mori inspireerde haar vakmanschap verder te perfectioneren. In 1965 vertrok Mori naar de VS, waar ze furore maakte met de collectie ‘East meets West’. Kenmerkend voor deze collectie was de versmelting van Japanse motieven en silhouetten met westerse coupure- en naaitechnieken. De collectie werd een enorm succes en vormde de basis van Mori’s cross-culturele benadering van mode, die niet alleen een nieuwe esthetiek voortbracht maar ook de clichématige beeldvorming rondom de Oriënt en de Japanse vrouw uitdaagde.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie