Het hoofd, de kepala, van deze doek (een brede band die het hoofdpatroon van het doek onderbreekt) ligt in het midden en is versierd met tegen elkaar gekeerde rijen driehoeken, tumpals. Deze...
Het hoofd, de kepala, van deze doek (een brede band die het hoofdpatroon van het doek onderbreekt) ligt in het midden en is versierd met tegen elkaar gekeerde rijen driehoeken, tumpals. Deze driehoeken zijn opgevuld met bladeren en gestileerde vogels. De driehoeken zijn op een zwarte ondergrond gezet met bruine sterren. Het patroon van de zijbanden bestaat uit bruine en blauwe bladranken en gestileerde vogels en insecten op een witte ondergrond. Het grote veld, badan (het gedeelte met het hoofdpatroon erop), bestaat uit bruine bloem- en bladmotieven en uit gestileerde vogels en insecten.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie