Het wollen dasje gedragen door de Volendammer vrouwen, zijn gebreid, gevlochten of gehaakt. Uit de rouw zijn ze van ultramarijn blauwe wol, met wat wit, soms iets rood en met een lichtere blauwe...
Het wollen dasje gedragen door de Volendammer vrouwen, zijn gebreid, gevlochten of gehaakt. Uit de rouw zijn ze van ultramarijn blauwe wol, met wat wit, soms iets rood en met een lichtere blauwe kleur.In de rouw zijn ze paars met zwart, of zwart met wit. De korte zijden van het dasje zijn meestal afgewerkt met kwastjes in de kleuren van het dasje, en de lange zijden worden meestal omgehaakt met picotjes. De dasjes worden in de lengte in drieën gevouwen en elk van die drie delen heeft een ander patroon. Wanneer een derde lelijk is geworden of "uit de mode" is geraakt, dan wordt dat deel eraf geknipt en een nieuw derde deel eraan gehaakt. Gevlochten van felgekleurde wol, i.t.t de meeste dasjes niet alleen hoofdzakelijk blauw maar ook veel rood en geel, verder wat wit en zwart, korte zijden afgewerkt met franje, i.t.t. de meeste dasjes lange zijden geen gehaakt randje, uit de rouw. Volendams dasje Het dasje is een typisch onderdeel van de Volendammer klederdracht. De dasjes werden oorspronkelijk geweven, gevlochten of gebreid. Na de Tweede Wereldoorlog werden ze meestal gehaakt en verfraaid met versierselen, zoals steentjes. Als men in de rouw was, droeg men een zwartwit dasje met paarse tinten. De dasjes bestaan uit één stuk van drie horizontale banen. Twee banen hebben verschillende patronen. Vroeger droegen meisjes en vrouwen ook wel een blauw, gebreid dasje, nu meestal een blauwwit dasje.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie