Vandaag verschijnt dan eindelijk Patterns of Fashion 5, waar we vorige week al een blog over schreven. Naar aanleiding van de komst van het boek werd afgelopen september in München een conferentie gehouden met als titel Structuring Fashion, foundation garments through history, over kleding die het lichaam vormt. De conferentie werd georganiseerd door het Bayerisches Nationalmuseum en the School for Historical Dess.
Uit diverse landen waren mensen naar München afgereisd om zich onder te dompelen in praatjes, museumbezoek en een uitgebreide demonstratie. Ook wij hadden het plezier om hierheen te gaan en in deze blog-post doen we verslag. Myrthe heeft over de eerste dag geschreven en Shari over de tweede dag.
De conferentie werd geopend door Jenni Tiramani, directeur van The School for Historical Dress en samen met Luca Costigliolo verantwoordelijk voor de nieuwe publicatie van Patterns of Fashion 5: The cut and reconstruction of women’s bodies, stays, hoops and rumps 1595-1795. Jenni opende de conferentie met het verhaal over hoe het boek tot stand is gekomen. Daarna waren de praatjes grofweg in chronologische volgorde. En dus begonnen we bij het begin, bij de eerste BH’s. Niet die van begin 20e eeuw, maar die uit de 15e eeuw.
In 2008 werd onder de vloer van kasteel Lengberg in Oostenrijk middeleeuws textiel gevonden, waaronder fragmenten van iets wat veel weg had van een BH. Het is een linnen kledingstuk, met duidelijke cups. Een groot deel ontbreekt, en hoogstwaarschijnlijk had deze BH dan ook een lijfje en een rok. Het was bijna een soort jurk dus, maar wel duidelijk met als doel de buste te vormen en op de plek te houden. Textielarcheoloog Beatrix Nutz liet ons zien hoe ze het patroon van dit stuk hebben geprobeerd te achterhalen om een reproductie te kunnen maken. Ook liet ze vermakelijke middeleeuwse teksten zien die spreken over ‘borst-zakken’, en waarschijnlijk verwijzen naar dit soort vroege bh’s.
Hierna volgde een presentatie over de vroegste hoepels door kunsthistoricus Amalia Descalzo Lorenzo, namelijk die uit Spanje die in de 16e eeuw ontstonden. Op schilderijen en tekeningen uit deze periode is te zien hoe hier, voor het eerst in de westerse geschiedenis, hoepels werden gebruikt om volume te geven aan de rokken van dames.
Van Spanje gingen we daarna naar Duitsland, waar Johannes Pietsch, curator in het Bayerisches Nationalmuseum, uitgebreid inging op rijglijven in Duitsland van 1600-1800. Erg interessant is vooral hoe een deel van de elite terug leek te grijpen op het verleden door het deels aannemen van ‘dracht’, die onder de lagere bevolkingsklassen altijd door was gedragen. Hiermee werd geprobeerd de Duitse identiteit duidelijk uit te dragen en een soort eigen kledingstijl te creëren.
Uiteindelijk gingen we naar Italië, waar Thessy Schoenholzer Nichols ons mee nam naar de Italiaanse renaissance. Zij is gespecialiseerd in Italiaanse mode van de 16de eeuw en liet zien hoe veel lijfjes uit die tijd eigenlijk vrij weinig versteviging hadden.
Na de lunch gingen we verder, met modehistoricus Adelheid Rasche die karikaturen van dames in hoepels liet zien. Een van de opmerkingen die ze deed, was dat veel van de (mannelijke) tekenaars een probleem leken te hebben met de hoeveelheid ruimte die vrouwen innamen in hun kostuums. Op straat was het niet mogelijk meer naast een dame te lopen, maar erachter, en in een koets werden de mannen naar de hoek verdreven. Iemand merkte op dat, in zekere zin, vrouwen dus letterlijk ruimte voor zichzelf opeiste door het dragen van grote hoepels. Dit geeft een hele andere kijk dan het idee van de ‘vrouwonvriendelijke’ hoepel, die ervoor zorgde dat vrouwen zich moeilijk konden bewegen en verplaatsen.
Hierna bleven we bij de hoepels, met een lezing van Denis Bruna over vroeg 18e eeuwse hoepels.
Tenslotte vertelde Pernilla Rasmussen een verhaal over de vier(!) 18e eeuwse hofjapponnen van zilverstof die de Livrustkammaren in Stockholm in zijn bezit heeft. Ik heb hier toevallig zelf twee van mogen bewonderen, en het was dus erg leuk er meer over te horen! Deze formele japonnen van de koninginnen en prinsessen van Zweden volgden de Franse mode, en zijn (mede doordat de Revolutie in Frankrijk zelf er weinig heeft overgelaten), unieke voorbeelden van deze mode. Met de lijfjes met baleinen erin, zeer brede hoepels en lange sleep zijn ze heel indrukwekkend. Het bijzondere is ook dat er vrij veel bekend is over, niet alleen de draagsters, maar ook de makers, omdat de koninklijke boekhouding alles heeft bijgehouden.
Na de lezingen was er een korte pauze voordat het avondprogramma begon. ‘s Avonds waren er eerst hapjes, en daarna een demonstratie waarin een aantal reproducties uit het boek gepast werden. Voor deze demonstratie had Jenni Tiramani aan het begin van de dag vrijwilligers gevraagd, en ik had me aangemeld als een van de mogelijke modellen, want je weet maar nooit!
Om te kijken of we iets zouden passen, en wie dan wat aan zou krijgen, gingen we eerst in een groepje mee naar de kamer waar alles opgeslagen lag. Daar werd gepast en geschoven, en kregen we direct ook de mogelijkheid om de stukken te bekijken, wat erg leuk was! Uiteindelijk kreeg ik een prachtig roze rijglijf toegewezen. Omdat het eigenlijk een rijglijf was voor tijdens de zwangerschap zat er een extra brede stomacher bij. Tijdens de demonstratie hadden ze een geïmproviseerde ‘nep-buik’ voor me zodat deze goed zou passen.
Tijdens de demonstratie kleedden Jenny Tiramani en Luca Costigliolo ons een voor een aan in onderkleding, vanaf het onderhemd. Daarbij legden ze uit wat ze deden, en vertelden ze over de stukken. Naast de vier dames in onderkleding uit het boek, was er als slotstuk een complete outfit uit 1860s. Vanaf onderhemd, naar korset en hoepel, inclusief volledige jurk. Allemaal prachtige stukken gemaakt door Luca, en het totaal effect was heel bijzonder. Het was een lange, maar super interessante demonstratie, en het was heel speciaal om een van de kledingstukken te mogen dragen!
Nog vol met inspiratie van de modeshow en lezingen van de eerste dag, begonnen we de tweede dag met Sebastien Passot die ons meenam naar de 18e eeuw en foto’s van originele documenten over de constructie en geschiedenis van hooped skirts en stays. De belangrijkste bronnen voor zijn lezing zijn de boeken Art du Tailleur (1769) van Francois Alexandre de Garsault, de Encyclopedie methodique: Manufactures, Arts et Metiers, vol. 1 (1784) van Jean-Marie Roland de la Platière, en Avis important aux sexe, on essai sure les corps baleines (1770) van Reisser. Deze boeken zijn via Google books te vinden en gratis te downloaden, ze vormen een belangrijke bron van informatie over een onderwerp waar nog altijd te weinig over bekend is.
Passot ontkrachtte in zijn presentatie onder andere de mythe dat alleen mannelijke kleermakers of staymakers stays en hooped skirts mochten maken. Er waren daadwerkelijk ook vrouwen die in dienst waren van een staymaker of een eigen atelier hierin hadden. De enige uitzondering is dat de vrouwen geen lijfjes mochten maken voor de Court Habile, een hof jurk die werd gedragen bij huwelijken en kroningen.
Luca Costigliolo is naast medeauteur van het boek ook verbonden als docent bij de School of Historical Dress. Hij deelde met ons een revolutionaire manier van het patroon tekenen van een stays. Door de eeuwen heen hebben kleermakers of staymakers boeken geschreven waarbij men tekende hoe het patroon op de stof werd gelegd of hoe de patroondelen eruit zagen.
Er bestonden echter geen algemene opleidingen om kleermaker te worden, het vak leerde je in de praktijk. Men betaalde een kleermaker om bij hem in de leer te mogen. Deze deelde dan zijn geheim tot patroontekenen, alsmede de patronen die door jaren ervaring was opgedaan. De afmetingen van de patronen, hoe deze werden getekend en de constructie van de stays waren een waardevol geheim en iets wat nooit in boeken werd vrijgegeven. Zelfs alle moderne uitgaven over het maken van stays kunnen dit geheim niet ontrafelen, wat vaak tot teleurstelling leid bij de persoon die historische stays wil namaken. De pasvorm komt niet overeen met die van de originele stays, zelfs bepaalde onderdelen van de stays zijn niet in het boek terug te vinden, maar wel bij de originele stays.
Door de vele ervaring die Luca heeft bij het patroontekenen van originele kledingstukken en het maken van veel reproducties van stays, is hij erachter gekomen dat een spie (inzetstuk) in de stays en een bepaalde manier van patroontekenen essentieel is voor het maken van een stays die zit zoals deze hoort te zitten. In Patterns of Fashion 5 laat hij uitgebreid zien hoe je elke stays patroon op de juiste manier en je eigen maten moet tekenen! http://www.theschoolofhistoricaldress.org.uk/
Ook heren hebben door de eeuwen heen stays of korsetten gedragen en Peter Mcneil, conservator van o.a. de tentoonstelling Reigning Men die heeft plaats gevonden in de Los Angeles County Museum of Art, nam ons mee in de wereld van heren korsetten. Van jongens die vanaf een jaar of 3 al een stays droegen voor goed postuur, tot heren in de 19e eeuw die een zogenaamde 'onderborst korset' dragen voor een chique postuur. Het was de normaalste zaak ter wereld voor jongens en mannen om net zoals de dames een stays of korset te dragen. Vandaag de dag dragen mannen nog steeds korsetten in bijvoorbeeld de zakenwereld om een imponerend figuur te slaan!
Na de lunch werden we in groepen begeleid door de tentoonstelling die plaatsvond in het Bayerische Nationalmuseum door Johannes Pietsch. Vele van de kledingstukken in de tentoonstelling zijn ook weer terug te vinden in het boek van Patterns of Fashion 5. De tentoonstelling omvatte bijzondere kledingstukken zoals een 18e eeuwse jas en gilet gemaakt voor een aapje en te zien op een opgezette aap, een jurk van een jong meisje van ruwe zijde en een Robe a la Francaise volledige gemaakt van rode Sits. Het bijzondere van deze Robe a la Francaise is dat de petticoat door het museum is gemaakt met een digitale print genomen van de site van de Robe en digitaal geprint op katoen. Ik kon zelf het verschil niet zien tussen de stof van de Robe en de petticoat en het gaf een prachtig beeld van de bijzondere Robe.
Er is een catalogus uitgebracht van de tentoonstelling waarin ook het patroon en de constructie te zien is van een Cour de Robe die volledig in stukken lag bij aankoop en nu is gerestaureerd; Mode aus dem Rahmen. Na de tentoonstelling kregen we een rondleiding door het restauratie atelier waarbij een aantal stays, ook een voor een jongen, houten gegraveerde busks, een masker en kledingstukken uit de 16e eeuw klaar lagen om van dichtbij te mogen bewonderen. De restaurateurs waren aanwezig om de kledingstukken te draaien voor foto’s en onze vragen te beantwoorden, het was moeilijk om weer te vertrekken nu we alles zo konden bestuderen.
De dag eindigde met lezingen van Kerstin Hopfenspitz die ons vertelde over de grote korsetproducenten in de 19e eeuw in Duitsland. Hierbij liet ze een voorbeeld zien van een volledige geweven korset met verticale baleinen die te zien is in de opstelling van het Miedermuseum in Heubach. Alexandra Palmer, conservator Royal Ontario Museum, liet ons patronen, constructie en materiaalgebruik zien van Christian Dior jurken met ingebouwde korsetten of geregen lijfjes. Anders dan vele mode tentoonstellingen, heeft Alexandra en haar team bij deze tentoonstelling gekeken naar de constructie van de ingewikkelde couture jurken en dit in kaart gebracht met het opmaken van patronen, meten van hoeveel stof er is gebruikt en röntgenfoto's. Een boek met deze patronen, hoe de patronen op stof zijn gelegd en info over constructie komt hopelijk binnenkort uit.
Als afsluiter gaf Valerie Steele, directeur en hoofdconservator bij het museum Fashion Institute of Technology, ons een overzicht over hoe men korsetten nu draagt en over de jaren heen is gebruikt door couturiers in hun collecties. Niet alleen dragers van historische kostuums nu, maar de Fetish en Gothic scene heeft gezorgd dat iedereen bekend is met het Korset. Korsetten worden om verschillende redeneren gedragen in deze tijd, als politiek protest, re-enactment, lingerie, om te laten zien dat je onderdeel bent van een subcultuur en als algehele keuze van lichaamsmodificatie.
Voor ons hield na twee geweldige dagen de conferentie op en vertrokken wij, geinspireerd, weer naar Nederland. Andere deelnemers hebben op zaterdag nog een excursie gehad naar het Miedermuseum en kasteel van Heubach om prachtige korsetten en stays te zien. Op zondag kon men meegaan naar Luxus im Seiden in het Germanische Nationalmuseum in Nuremburg.
Myrthe Tielman: Rijglijven, hoepels en heuprollen: de nieuwste patterns fashion
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie