Zomerensemble: jurk met ceintuur van wit kunstzijden crêpe in cloque-effect, bedrukt met veelkleurige strooibloemen, capebolero van rood kunstzijden satijn

Zomerjapon. [Japon van] witte kunstzijden crêpe (cloqué-effect) bedrukt met strooibloemetjes in vele kleuren. [Bolero-cape van] rode kunstzijden satijn. Korsage van kunstzijde en verzwaarde zijde (veelkleurig veldboeket). A) [Japon] Recht model met onderaan de heup klokkende rokpanden. Lijf van schuingeknipte, gebloemde crêpestof. Hals achter iets uitgediept, voor in diepe V. Linker- en rechtervoorpand gerimpeld samengenomen in de 6 cm lange middenvoornaad. Korte ingezette vleugelmouwtjes bestaande uit twee etagegewijs over elkaar vallende klokkende kapjes van de stof, achter iets langer dan voor. Het voor- en achterpand van de rok is met twee enigszins rond oplopende vormen op het lijfje gestikt, voor tot circa 6 cm onder halspunt, achter 7 cm lager. Onderaan de heup zijn aan de voorzijde hieraan drie klokkende rokbanen gezet met een opstiklijn in drie spitse punten, middelste punt het hoogst. Aan de achterzijde twee klokkende rokbanen met een sometiklijn met twee punten opzij en een diepe punt middenachter. Rokbreedte bij de smalle omgestikte zoom circa 250 cm. B) Bolero-cape van rode satijn met langs hals en voorzijden een biaisgeknipte bies van de japonstof, circa 5,5 cm breed. Rondom de taille is hieraan een circa 7 cm brede dito bies geknipt die middenvoor in twee circa 110 cm lange slippen eindigt en middenachter en opzij aan de voorzijde aan de rondlopende onderkant van de bolero zijn gestikt. Slippen direct of na één omslingering van de taille voor te strikken. C) Corsage van veldboeket, bevestigd onder punt van de V-hals. D) Ceintuur van de japonstof, middenvoor gesloten met dubbele zeshoekige gesp van parelmoer.