Na 1860 gingen ook op het platteland vrouwen een losse onderbroek dragen. De losse onderbroek bestaat uit twee losse pijpen die aan een tailleband zijn gezet. Met de banden onder de knie werden de...
Na 1860 gingen ook op het platteland vrouwen een losse onderbroek dragen. De losse onderbroek bestaat uit twee losse pijpen die aan een tailleband zijn gezet. Met de banden onder de knie werden de kousen opgehouden. In dialect werden de open onderbroeken in Overijssel ook wel 'lösse bokse' (open broek), 'lös rietuug' (open rijtuig) of 'scheigedientjes' (open of gescheiden gordijntjes) genoemd.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie