Gedragen door Maritje Jaaps, (M. Boneveld-Teerhuis), maar de initialen zijn niet de hare. Waarschijnlijk gekregen om af te dragen. Zij is i.t.t. de meeste andere vrouwen altijd de eigengebreide...
Gedragen door Maritje Jaaps, (M. Boneveld-Teerhuis), maar de initialen zijn niet de hare. Waarschijnlijk gekregen om af te dragen. Zij is i.t.t. de meeste andere vrouwen altijd de eigengebreide kousen blijven dragen.; In huis liepen de Markers op kousevoeten. Daarom zijn de zolen en hielen versterkt met dikke lappen wollen stof, het z.g. serge, volgens overlevering geknipt uit oude soldatenjassen. Bij het aanzetten gebruikten de vrouwen een houten leest. Soms ook zijn ter versteviging de zolen van de kous sterk vervilt. Vanouds waren de kousen van donkerblauw sajet, (later zwart), en tot ongeveer 1900 werden de tenen en het boordje bovenaan gebreid van wit sajet.; De kousen zijn altijd geheel recht gebreid, reiken tot boven de knie en worden op hun plaats gehouden door de banden waarmee de onderbroek boven de knie dichtgebonden wordt. Zelfgebreide donkerblauwe lange kousen, van wol, geheel recht gebreid, alleen boord twee recht twee averecht. Onder boord DP in rode kruissteek in prentletters. De voeten zijn opnieuw aangebreid in een donkerder blauw. Voeten vervilt en aangestopt.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie