Binnenstebuiten, dat was het thema voor het vijftienjarig bestaan van de Nederlandse Kostuumvereniging. Want de binnenkant van een kledingstuk is vaak nog belangrijker dan de buitenkant. Dat vindt ook Shari van der Waals-Atalla. Zij maakt en draagt replica’s van historische kostuums en is een van de sprekers tijdens het lustrum.
Shari maakt in haar atelier in Helmond replica’s van historische mode. Dankzij haar moeder heeft ze de passie ontwikkeld voor haar vak. “Mijn moeder heeft me het moderne naaien geleerd en zij maakt zelf ook replica’s van jaren veertig en vijftig jurken. Toen ik klein was nam ze me vaak mee naar tentoonstellingen over historische mode en keken we samen naar kostuumdrama’s. Voor mij betekende eruit zien als een prinses een victoriaanse- of een regency jurk. Nadat mijn moeder me de moderne naaitechnieken had geleerd heb ik mijzelf gaandeweg het maken van historische mode aangeleerd. Langzaam maar zeker werd ik gevraagd om voor anderen jurken te maken en zag ik hoe fijn dat was.”
Naarmate de jaren vorderden, vertelt ze dat de gekte alleen nog maar groter werd. “Toen ben ik gaan verzamelen, nog meer kleding voor andere mensen gaan maken en ben ik begonnen met jurken maken voor gothic-winkels. Door de modeplaten en musea wilde ik toch weer liever terug naar het maken van replica’s. Historische, antieke kleding heeft voor mij een groter haute-couture gevoel. Het heeft meer mogelijkheden en er zijn bijna geen grenzen aan de creatieve uitspattingen. Die wereld is zo groot en wordt alleen nog maar groter. Er was op dat moment niemand in Nederland die dat aanbood aan particulieren. Dat was wat ik klanten wilde bieden, een complete historische look van top-tot-teen.” Haar klanten zijn meestal particulieren die naar re-enactment evenementen gaan of gekostumeerde bals. Maar ook historische verenigingen of musea die graag een replica willen van een bepaald kledingstuk.
Het maken van historische replica’s is niet een alledaags beroep, er is flink wat doorzettingsvermogen nodig om alle kennis op te doen die nodig is voor het maken ervan. “Om dit beroep uit te kunnen oefenen moet je naast een enorme liefde voor geschiedenis ook de wil hebben om te puzzelen en alles uit te zoeken”, vertelt Shari. “Moderne mode is gedocumenteerd en er zijn opleidingen te vinden. Voor mijn vak is er helaas geen opleiding te vinden in Nederland en dat betekent dat je af en toe gewoon opnieuw het wiel uit moet vinden. Dat doe je door oude patronen op schaal te tekenen, nieuwe steken uit te proberen, kijken hoe iets aan-of uitgaat, hoe het afgewerkt is en hoe het in elkaar zit. Het vergt veel onderzoek en veel vallen en opstaan.”
Om dat onderzoek uit te kunnen voeren is er informatie nodig. “Tegenwoordig is dat makkelijker door online communities. In Engeland en Amerika zijn er veel gemeenschappen die historische mode dragen, recreëren en in die tijd leven. Daardoor kun je heel makkelijk met een klik op de knop informatie uitwisselen zoals boektitels, tentoonstellingen maar is het ook makkelijker om musea te mailen met de vraag of je in het kostuumdepot mag komen snuffelen. Die connectie is heel belangrijk voor het uitwisselen van kennis.”
Ze merkt ook dat musea hun deuren meer openstellen, in Nederland maar ook in andere landen. Zo heeft ze het afgelopen jaar kostuumdepots bezocht onder leiding van Modemuze. Iets dat voor een ambacht als dat van Shari heel belangrijk is omdat ze dan kan zien hoe een kledingstuk in elkaar zit. “Wij naaisters hebben ook iets meer driedimensionaals nodig dan plaatjes of foto’s uit een boek. Je ziet zo beter of iets werkt of niet maar het geeft ook meer diepte en gevoel aan datgene wat je maakt.”
Zelf haalt ze veel inspiratie uit modeplaten. “Bijvoorbeeld illustraties uit tijdschriften als La Mode Illustrée. Ze zijn niet altijd realistisch maar die geven een prachtige decadente weergave van iemand in een mooie jurk. Het is natuurlijke getekend dus een exacte replica is niet haalbaar, maar die inspireren wel tot het namaken of het nieuw ontwerpen van een jurk.”
Het lustrumthema ‘binnestebuiten’ is iets wat Shari aanspreekt en iets dat ook zeker met haar beroep te maken heeft. Zodra ze de buitenkant heeft bedacht moet er ook aan de binnenkant heel wat werk verricht worden om de pasvorm van de jurk te garanderen. “De binnenkant is enorm belangrijk bij kleding uit die tijd om te zien hoe ze in elkaar zaten, hoe men ze aantrok, hoe alles op de plek werd gehouden. De binnenkant is net zo belangrijk want als die niet goed is, dan zie je dat aan de buitenkant. Dat is een deel van de constructie die veel mensen vergeten.”
In de toekomst ziet Shari nog een flinke uitbreiding voor haar bedrijf. “In mijn atelier wil ik graag samen gaan werken met mensen die gespecialiseerd zijn in handwerktechnieken, borduursels, leerbewerking om zo de klanten nog meer te bieden. Maar ook op educatief gebied wil ik verdergaan door bijvoorbeeld lezingen, workshops en lessen te verzorgen om zo deze ambachten door te geven en mensen enthousiast te maken voor het vak.” Maar die ontwikkelingen zijn voor de nabije toekomst.
Momenteel is ze bezig met een ander groot project, namelijk het organiseren van haar eigen salonfeest. “Volgend jaar geef ik een 18e eeuws feest op een landgoed en dan wil ik de eeuw der verlichtingsbeweging terugbrengen. Daarmee wil ik bereiken dat mensen weer met elkaar in discussie gaan over bepaalde onderwerpen maar ook oude ambachten een podium geven.”
Kijk op La Rose Couture of op de Facebookpagina: www.facebook.com/larosesoiree.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie