Doeken, handschoenen, tassen, ringen, riemen, banden, stoffen en hoofddeksels. Allemaal speelden ze een belangrijke rol bij de uitwisseling van geschenken tussen Albrecht Dürer en zijn vrienden. Allemaal werden ze beschreven in het verslag van zijn reis door de Nederlanden (1520-1521).
Het reisverslag van kunstenaar Albrecht Dürer bestaat uit beschrijvingen van financiële transacties, schenkingen, activiteiten en impressies. Hoewel de tekst vaak bestempeld wordt als zakelijk, is er ook een meer persoonlijke kant van Dürer in te ontwaren. Aan de hand van een analyse van de beschreven kledingstukken en stoffen wordt een sociaal netwerk rondom Dürer blootgelegd. Een netwerk waaruit loyaliteit en respect spreekt door de uitwisseling van geschenken.
Tijdens zijn reis vormde Antwerpen de plek waar Dürer steeds terugkeerde en waar hij een vriendenkring om zich heen vormde. Het grootste deel van de transacties waarbij kleding en stoffen betrokken waren, vond dan ook plaats in Antwerpen.
Ook het karakter van de stad heeft bijgedragen aan het grote aantal schenkingen van textiel. Aan het begin van de zestiende eeuw stond Antwerpen bekend als internationale handelsstad. In de stad, die bruiste van de economische activiteiten, waren onderlinge contacten van cruciaal belang voor het verkrijgen van informatie en het uitoefenen van macht. Er werd dan ook actief werk gemaakt van het onderhouden van sociale netwerken door het uitwisselen van eerbewijzen in de vorm van geschenken.
Kleding en stoffen waren een aantrekkelijke gift vanwege de grote diversiteit en het waardevaste karakter van deze goederen. In de zestiende-eeuwse ‘Europese’ samenleving was het schenken van textiel al meer dan enkel een uitwisseling van financiële waarden. De overdracht werd gezien als een bestendiging van een sociale band tussen twee personen en als bewijs van loyaliteit.
In Antwerpen begaf Dürer zich in het netwerk van de gegoede burgerij. In het reisverslag komt de heersende schenkingscultuur binnen deze klasse duidelijk naar voren: Dürer maakte veelvuldig aantekeningen van de goederen die hij kreeg en die hij daarvoor in ruil gaf.
Het aantal personen dat hem textiel gaf is relatief beperkt, maar divers. Wat zij met elkaar gemeen hebben is dat ze een vriendschap met Dürer hebben opgebouwd, die een zakelijke relatie overstijgt.
Deze vriendschapsbanden legde Dürer niet alleen vast met de pen, ook vereeuwigde hij enkele van zijn schenkers en goede vrienden in een portret. Zo portretteerde hij Erasmus van Rotterdam in 1520. Ten tijde van de vervaardiging van de tekening kreeg Dürer van deze intellectueel ‘een spanioleins mentelle’ (een korte Spaanse mantel).
Een informele verwantschap is tevens terug te zien in de relatie tussen Dürer en de personen aan wie hij textiel schonk. Het betreft hier familieleden, vrienden uit Neurenberg en hun vrouwen en dochters. Onder hen was zijn vriend Willibald Pirckheimer. Voor hem bracht hij uit Antwerpen ‘ein groβ paret’ (een grote baret) mee.
De kleding en stoffen die Dürer kocht voor zijn vrienden vormden een souvenir van zijn reis en een persoonlijk aandenken. De intieme band tussen Dürer en zijn vrienden wordt onderstreept door het feit dat hij voor eenieder een persoonlijk geschenk kocht. De verscheidenheid aan producten en de variërende hoeveelheid giften per vriend is opvallend.
Het schenken van kleding en stoffen was voor Dürer en zijn vrienden een manier om hun sociale band te versterken. Niet alleen de handeling zelf vormde een symbool van loyaliteit, ook de verschillende soorten textiel namen een bepaalde sociale betekenis met zich mee.
In de tijd van Dürer werd de publieke presentatie van het individu steeds belangrijker. Kleding vormde een spreekbuis om een persoonlijke identiteit uit te dragen en waarden, zoals rijkdom, status, macht en vindingrijkheid, aan de buitenwereld te tonen.
Het schenken van textiel was een wijze waarop vrienden elkaar hielpen zich te presenteren als modebewuste en unieke burgers en waarmee ze zodoende uiting gaven aan hun respect voor elkaar.
In het bijzonder was het dragen van accessoires een manier voor een individu om een eigen stempel te drukken op zijn vertoning en zich te onderscheiden. Het komt dan ook niet als een verrassing dat Dürer de nodige accessoires kreeg en gaf. Zo schonk de Portugese ambassadeur João Brandão Dürer ‘ein braun samet daschen’ (een tas van bruin fluweel).
Naast accessoires keren geschenken van stukken stof meermaals terug in het reisverslag. Van de Portugese diplomaat Rodrigo Fernandez d’Almada kreeg Dürer bijvoorbeeld ‘zwey calacutisch tücher’ (twee exotische doeken). Naast enkele exotische doeken worden er meerdere soorten waardevolle zijden of halfzijden stoffen beschreven.
Zijde behoorde in de zestiende eeuw tot een van de duurste weefsels. Dit had te maken met de importkosten van de grondstof en het vernuft dat nodig was om deze complexe stof te produceren.
Naast de exotische stoffen schonk d’Almada Dürer ‘6 eln schwarcz kützen tuch’ (6 el zwarte grove stof) bestemd voor een capuchon van een mantel. Dit is niet het enige voorbeeld van stukken stof die geschonken werden met de specifieke vermelding dat er een bepaald kledingstuk van gemaakt moest worden. Dürer verkreeg op deze wijze het materiaal voor een wambuis en een mantel. Dit waren belangrijke kledingstukken, omdat ze de buitenste en dus de meest zichtbare stukken van een uitrusting vormden.
Een nauwkeurige bestudering van de rol van kleding en stoffen in de uitwisseling van geschenken, zoals beschreven in het reisverslag, ontrafelt de vriendschapsbanden rondom Dürer. Deze relaties gaan voorbij aan een zakelijk doel en berusten op wederzijdse loyaliteit. Deze trouw wordt steeds opnieuw bestendigd door het uitwisselen van geschenken in de vorm van kleding en stoffen.
In een tijd waarin ‘zien en gezien worden’ een steeds belangrijker fenomeen werd, was het uitdragen van een specifieke persoonlijkheid door middel van uiterlijk vertoon van cruciaal belang. Door het schenken van kleding en stoffen droegen gevers hun steentje bij aan de vorming van de unieke identiteit van de ontvanger en toonden zo hun waardering. Dürer en zijn vrienden lieten elkaar niet in de kou staan.
Hoofdafbeelding: Jan Antoon Neuhuys, Albrecht Dürer tekent de haven van Antwerpen, 1873. Canvas, 82.5 x 132 cm. Museen der Stadt Nürnberg, Kunstsammlungen (Eigendom van de Albrecht-Dürer-Haus-Stiftung e.V.), Gm3065.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie